Ontstaan vanuit een persoonlijk verhaal
Het verhaal van de Herbergier begint eigenlijk bij het verhaal van de Thomashuizen.
Thomas was een jongen met een niet-aangeboren verstandelijke beperking. Hij verbleef in een instelling, en gaandeweg werden de discussies tussen zijn ouders en de begeleiders heftiger. Daar waar de instelling onverschillig schermde met protocollen en regeltjes, wensten de ouders niets liever dan dat Thomas liefde en aandacht kreeg in een betrokken omgeving.
Voor Thomas’ vader, Hans van Putten, was dit de trigger om de zorg voor z’n zoon zelf te gaan organiseren. Kernwaarden als een huislijke sfeer, betrokken zorgprofessionals, minimale bureaucratie en maximale liefde voor de mens werden allemaal samengevoegd.
Het resultaat: het concept Thomashuis, voor Thomas en nog 1000 andere Thomassen.
Het kruideniersprincipe in de zorg
Betrokkenheid, warme sfeer, menselijke benadering, … Het deed Hans denken aan de kruidenierszaken die je vroeger in elke buurt vond. De kruidenier woonde boven zijn winkel, en wist van alle klanten uit de buurt wie ze waren en wat ze nodig hadden.
Dit inspireerde hem om de zorg voor Thomas verder vorm te geven. Net als een kruidenier zou de persoon die voor de zorg verantwoordelijk was ook in hetzelfde huis wonen. Zo konden de korte communicatielijnen en de betrokkenheid van de kruidenier gekopieerd worden naar de zorgsector.
Het huis van Thomas zou ook het huis zijn van de mensen die dag in dag uit voor hem zouden zorgen.
Continuïteit via franchise
Om een eenvoudig concept neer te kunnen zetten waarin de essentiële kernwaarden tot hun recht konden komen, werd de Thomashuizen als franchiseformule ontwikkeld. Elk huis zou een zelfstandige onderneming worden waarin een stel zorgondernemers samenwoont met hun bewoners.
Deze manier van werken zorgt er in de eerste plaats voor dat het huis voor alle betrokkenen een echt thuis is. Daarnaast zorgen de korte communicatielijnen voor een enorme betrokkenheid en een uiterst persoonlijke benadering. Het ondernemerschap zorgt tenslotte voor een toewijding van de eindverantwoordelijken die zijn gelijke niet kent. Geen overtollige managementlagen, geen urenlange vergaderingen over bewoners, maar aandacht en nabijheid voor wie het nodig heeft, steeds van dezelfde bekende gezichten.
De franchiseaanpak maakt dat deze principes makkelijk vermenigvuldigd kunnen worden zonder dat de waarde ervan vermindert. Bovendien wordt op die manier de stabiliteit voor bewoners gegarandeerd: 'hun huis' zal altijd hun thuis zijn.
En toen was er de Herbergier
De Thomashuizen popten vlijtig uit de grond in het hele land, toen de schoonmoeder van Hans van Putten te kampen kreeg met dementie. Vanuit dezelfde beweegredenen als bij het ontstaan van de Thomashuizen werd een concept ontwikkeld waarin op een zo gewoon mogelijke manier zorg kon worden geboden voor ouderen met geheugenproblemen. De Herbergier was geboren.
De Drie Notenboomen
De overkoepelende organisatie die eigenaar is van het concept Herbergier, is franchisebedrijf De Drie Notenboomen uit Amsterdam.
De Drie Notenboomen is eveneens ontwikkelaar van de franchiseconcepten:
- Thomashuis: Kleinschalig wonen voor mensen met een verstandelijke beperking
- Zorgbutler: Zelfstandig wonen voor mensen met een lichte zorgvraag
- Thomas Op Kamers: Zelfstandig wonen voor mensen met een licht verstandelijke beperking